Pers 2007

2007-1

  • “Poëticale verscheidenheid troef dus, en daardoor is Veranderlijk een mooie dwarsdoorsnede van de Nederlandse poëzie anno 2007.” (…) “Veranderlijk is geen bloemlezing die je in één ruk uitleest: het nummer telt 432 bladzijden en bevat 365 gedichten – één voor elke dag. Je moet erin bladeren en terugbladeren, lezen en herlezen. En beetje bij beetje kom je dan het veranderlijke op het spoor, vind je het terug waar je het nog niet had gezien, doemt het onontkoombaar uit de verzen op.” (De Morgen, Bart Van der Straeten, 24 januari 2007, p7)
  • Op de Boekenbeurs in Antwerpen stelde Stichting Lezen Vlaanderen haar gloednieuwe Leeslijst voor. Deze lijst bestaat uit twaalf titels, zowel oorspronkelijk Nederlandstalige als internationale klassiekers, hedendaagse literatuur, cross-overboeken en poëzie. Deze Leeslijst is in de eerste plaats bedoeld voor 17- en 18-jarigen die een algemene opleiding volgen in de middelbare school en voor hun leerkrachten. Met de lijst wil Stichting Lezen hen, en bij uitbreiding iedereen die op zoek is naar een goed boek, inspiratie bieden. Voor meer informatie en de volledige lijst met Het Liegend Konijn kunt u terecht op de website http://www.deleeslijst.be

  • Interview met Jozef Deleu, hoofdredacteur van Het Liegend Konijn. Als het ware ‘uit het nest geroofd’. (Meander, Sander de Vaan, 2007)
    Op Gedichtendag, 25 januari, begint in Brussel om 19.30 uur ‘Poëten in het Vlaams Parlement’. Deze manifestatie staat in het teken van het vijfjarig bestaan van poëzietijdschrift Het Liegend Konijn . Een interview met de drijvende kracht achter dit succesvolle blad, hoofdredacteur Jozef Deleu.
    Op Gedichtendag wordt een feestnummer van uw literaire blad Het Liegend Konijn in het Vlaamse Parlement gepresenteerd. Wat wordt het voor een presentatie?
    Jozef Deleu: Voor de derde keer ben ik artistiek leider van ‘Poëten in het Vlaams Parlement’. Deze manifestatie staat in het teken van het themanummer ‘veranderlijk’ van Het Liegend Konijn , dat verschijnt naar aanleiding van de vijfde jaargang van het tijdschrift. Aan dit feestnummer werken 85 dichters mee: 57 Nederlanders, 1 Surinamer en 27 Vlamingen. Het is een vuistdik nummer van 432 bladzijden en het bevat 365 nieuwe gedichten. Het nummer geeft een bijzonder betrouwbaar beeld van de grote diversiteit van de hedendaagse Nederlandstalige poëzie. Enkele Nederlandse en Vlaamse dichters zullen uit hun werk voorlezen: Mark Boog, Tsead Bruinja, Miriam Van hee, Charles Ducal, Luuk Gruwez en Peter Holvoet-Hanssen. De manifestatie wordt muzikaal omkaderd door de jonge Vlaamse groep Yevgueni, die Nederlandstalige liederen brengt.
    Poëten in het Parlement… Zouden er daar niet veel meer van moeten zijn? Of juist niet?
    Jozef Deleu: Het Vlaams Parlement in Brussel koopt al jaren voor zijn prachtige behuizing hedendaagse kunstwerken aan. Ik heb ooit opgemerkt dat het mij verbaasde dat het parlement, waarin het gesproken woord toch zo’n essentiële rol speelt, nooit aandacht besteedde aan literatuur. In een gesprek met de toenmalige voorzitter van het Parlement, Norbert De Batselier, stelde hij me voor een poëziefeest te organiseren. Dat gebeurde voor het eerst in 2002, onder enorme belangstelling, en opnieuw in 2004, twee dagen na elkaar, met meer dan tweeduizend aanwezigen. Tijdens de vorige edities traden Nederlandse en Vlaamse, maar ook Franstalige dichters op, in twee zalen tegelijk. Er verscheen ook telkens bij een reguliere uitgever een bloemlezing met de voorgelezen gedichten. Die bloemlezingen werden door het Vlaams Parlement aan alle aanwezigen aangeboden. Er bleef ná het feest ook een interessant boek over. Dat was voor mij van groot belang. Dit jaar moeten wij het poëziefeest beperken tot één zaal, omdat in de andere een tentoonstelling loopt. Toch rekenen we op 500 belangstellenden. Het Vlaams Parlement biedt nu de aanwezigen een exemplaar aan van het feestnummer van Het Liegend Konijn . De toegang is gratis. Er moet wel vooraf worden ingeschreven.
    Het feit dat de hoogste democratische instelling van Vlaanderen, het Parlement, zijn deuren openstelt voor poëzie, is een blijk van waardering voor de dichters en hun werk, maar ook voor de eigen taal. Ik ben daar erg blij mee. De tientallen dichters die in de loop van de jaren zijn opgetreden in het Vlaams Parlement, houden er een fijne herinnering aan over. Ze worden er met respect ontvangen en de belangstelling is groot. Uiteraard wordt het parlement, als parlement, ten volle gerespecteerd. Dat betekent dat wij er geen theaterzaal van maken, maar dat we in een prachtige ruimte goede poëzie laten lezen. Dat is wat mij betreft voor uitbreiding vatbaar. Dichters aan het woord in het ‘Huis van de Democratie’… is een significant teken in een tijd waarin de democratie zelf zo vaak onder druk staat.
    Hoe kijkt u terug op de eerste vijf jaren van Het Liegend Konijn ?
    Jozef Deleu: Ik ben bijzonder gecharmeerd door het enthousiasme waarmee de dichters meewerken. Nagenoeg alle dichters die ik in de loop van de jaren heb benaderd voor medewerking, hebben mij nieuw werk ter beschikking gesteld. Het Liegend Konijn staat open voor werk van dichters met diverse poëtica’s. Zowel jonge als oudere horen in het blad thuis, tenminste als hun poëzie kwaliteit heeft. Dat klinkt natuurlijk erg subjectief, maar ik probeer mijn allerpersoonlijkste smaak niet op te dringen. Een goed debuut is ook altijd graag meegenomen. Ik krijg ongevraagd duizenden gedichten toegestuurd. Helaas moet ik veel dichters ontgoochelen. Het tijdschrift verschijnt slechts twee keer per jaar en dat wil ik zo houden. Voor mij vormt de Nederlandstalige poëzie een eenheid, in grote verscheidenheid. Het Liegend Konijn biedt twee keer per jaar een staalkaart van onze hedendaagse poëzie, zij die nu wordt geschreven. De gedichten worden als het ware ‘uit het nest geroofd’.
    Een tijdschrift dat geheel gewijd is aan de poëzie en ook nog eens in veel boekhandels te koop ligt. Hoe hebt u dat voor elkaar gekregen?
    Jozef Deleu: Mijn ervaringen, gedurende 45 jaar, als hoofdredacteur van het Nederlands-Vlaams cultureel tijdschrift Ons Erfdeel , waren mij dienstig bij het opzetten van Het Liegend Konijn . Het idee om een tijdschrift uit te geven met uitsluitend poëzie, koesterde ik al heel lang. Maar ik wilde het in geen geval amateuristisch opzetten. Daarom heb ik na mijn afscheid van Ons Erfdeel contact opgenomen met mijn Vlaamse uitgever André Van Halewyck en met Annette Portegies, toenmalig uitgever bij Meulenhoff. Beiden waren meteen enthousiast over mijn plannen en hebben aanvaard het blad professioneel op de markt te brengen. Dat wil zeggen in een behoorlijke oplage, fraai uitgegeven en beschikbaar in de boekhandel, zowel in Nederland als in Vlaanderen. Ikzelf doe alle redactiewerk en ben ook de enige verantwoordelijke. We hebben goede afspraken en de samenwerking verloopt uitstekend.
    In wat voor oplage verschijnt het blad?
    Jozef Deleu: De oplage van een gewoon nummer ligt tussen de 1.500 en de 2.000 exemplaren. De oplage van de themanummers – in 2005 rond ‘hiernamaals’ en nu rond ‘veranderlijk’ – is aanzienlijk hoger. Een grotere verspreiding is ook wel noodzakelijk omdat de themanummers omvangrijker zijn en zowel de losse verkoopprijs als de abonnementsprijs ongewijzigd blijft.
    Welke dichters die inmiddels in uw blad gepubliceerd hebben, rekent u tot uw favorieten?
    Jozef Deleu: Meer dan honderd dichters hebben al in Het Liegend Konijn gepubliceerd. Nederlandse dichters van wie ik de poëzie zeer hoog schat, zijn onder meer Mark Boog, Eva Gerlach, Rutger Kopland, Gerrit Kouwenaar, Leo Vroman, Hagar Peeters, K. Michel, Esther Jansma en Piet Gerbrandy. Bij de Vlamingen denk ik onder meer aan Leonard Nolens, Bernard Dewulf, Charles Ducal, Luuk Gruwez en Stefan Hertmans. Deze lijstjes vormen slechts een greep uit een veel grotere groep dichters van wie ik de poëzie de moeite waard vind. Er zijn trouwens ook nog een aantal belangrijke dichters die nog niet in Het Liegend Konijn hebben gepubliceerd. Maar daar maak ik werk van, zoals ik me ook zeer aanbevolen hou voor goede poëzie van volstrekt onbekende dichters. Het gaat mij om de kwaliteit van de poëzie.
    Wat vindt u in het algemeen van het niveau van de hedendaagse Nederlandse en Vlaamse dichtkunst?
    Jozef Deleu: We beschikken in ons taalgebied over een absolute top met dichters als Gerrit Kouwenaar, Leo Vroman en Hugo Claus, gevolgd door een uitgebreide groep belangrijke poëten. Het feit dat er zoveel hedendaagse Nederlandstalige poëzie wordt vertaald, bevestigt dit op overtuigende wijze. Het Nederlands Literair Productie- en Vertalingenfonds in Amsterdam verricht terzake uitstekend werk. Onze poëzie staat hoog aangeschreven in het buitenland. Wat mij zeer optimistisch stemt, is het feit dat de generaties van de dertigers en de veertigers met boeiend nieuw werk hun plaats opeisen op onze dichtbevolkte Parnassus. (Sander de Vaan)

2007-2

  • “Tjitske Jansen bewijst, samen met andere dames in het nieuwe nummer van Het Liegend Konijn, dat er nu meer interessante vrouwelijke dichters zijn dan ooit. Het Liegend Konijn is vijf jaar oud. Normaal wordt zo’n dier dan grijs en landerig, maar dit poëziebeest is springlevend.” (De Morgen, 7 november 2007)