2014-1
12e jaargang – nummer 1 – april 2014 – 383 nieuwe gedichten van 112 dichters – themanummer ‘OORLOG’
Jozef Deleu
Bij het themanummer.
“ALLE MALEN ZAL IK WENEN.”
Oorlog richt een niets ontziende ravage aan bij mens, natuur en cultuur. De aanleiding voor dit themanummer is het uitbreken van de Eerste Wereldoorlog, ‘De Groote Oorlog’, in 1914.
Zoals gebruikelijk bevat ook dit nummer van Het Liegend Konijn uitsluitend nieuwe poëzie van Nederlandstalige dichters. Ondanks de troosteloze rampspoed die oorlog met zich meebrengt, inspireert hij dichters tot intense creativiteit.
Leo Vroman heeft meer dan een halve eeuw geleden in zijn bekende gedicht Vrede (uit de bundel “Uit slaapwandelen”, 1957) de vertwijfeling verwoord van een overlevende van de Tweede Wereldoorlog. In de laatste strofe van dit aangrijpende gedicht vinden zowel troost als mededogen onderdak:
Kom vanavond met verhalen
hoe de oorlog is verdwenen,
en herhaal ze honderd malen:
alle malen zal ik wenen.
In de Lage Landen leven we nu al zeventig jaar in vrede. Maar op de planeet woeden er op talrijke plaatsen bloedige conflicten, veroorzaakt door onverzadigbare hebzucht of gedreven door fanatisme. In beeld en woord worden we dagelijks geconfronteerd met vertrouwde en nieuwe vormen van ondraaglijke gruwel. Deze vloed aan informatie maakt ons opstandig en brengt ons in verwarring. Soms breekt ook kille onverschilligheid door.
De dichters van nu dragen oorlog en de naweeën ervan met zich mee. Sommigen zijn er van kindsbeen af persoonlijk door getekend, anderen leven met de verhalen van hun ouders en voorouders die gebukt gingen onder vervolging en geweld.
Toch vindt iedere generatie altijd weer de vitaliteit om een vreedzamer toekomst te cultiveren. De illusieloosheid en de wanhoop zijn nooit ver weg, maar evenmin de overtuiging dat humaniteit en schoonheid in staat zijn om van de aarde een leefbaarder plek te maken. – Jozef Deleu, hoofdredacteur.
Arnoud van Adrichem (1978)
EEN VLUCHTELING SPOELT AAN.
Mischa Andriessen (1970)
HUN (KIEL)
KOOI (DOVER)
DIE BRÜCKE (IJZER)
CODE (NONNEBOSSCHE)
PASSCHENDAELE – PASSENDALE
Robert Anker (1946)
VREDE
KOM ONS NIET TE NA
VREDE
MET VAN DIE HANDEN
VREEMDE STAM
Jan Baeke (1956)
VETERANENVERZET 1.2.3.4.5.6
Benno Barnard (1954)
HET KERSTBESTAND VAN TOMMY HAZENLIP I.II.III.IV
ENVOI
Maria Barnas (1973)
HET IS OORLOG 1.2.3
Abdelkader Benali (1975)
WITTGENSTEIN LIGT AAN HET FRONT…1.2.3.4.5
H.C.ten Berge (1938)
HOE IS HET OM NU TE LEVEN 1.2.3
Huub Beurskens (1950)
DE ZEIS DER GESCHIEDENIS
VIER HEYMMUTATIES 1.2.3.4
Lut De Block (1952)
NOOIT ZAL IK ZWEMMEN IN DE IJZER
Paul Bogaert (1968)
ZOEK TUSSEN UW GEVOELIGE…
Willem Bongers (1985)
DE NIEUWE PALINGSOUND
DE NIEUWE EXCESSENNOTA
DE NIEUWE OORLOG
Mark Boog (1970)
DE AARD VAN HET BEESTJE
DE AARD I.II.III.IV.V
Johan de Boose (1962)
SLEUTEL VAN HET LANDSCHAP 1.2.3.4.5
Pieter Boskma (1956)
ONZE MAN IN HET HEELAL 1.2.3.4.5.6.7.8.9
Fleur Bourgonje (1946)
OORLOG IS EEN VROUW MET EEN VLOERKLEED OP HAAR RUG
DE VROUW
HET KLEED
DE RUG
Willem Brands (1959)
1917
Chrétien Breukers (1965)
WEET JE NOG ?
MOBILISATIE
DE VROLIJKE OORLOG 1.2
Tsead Bruinja (1974)
DAR VICARIS
STRUIF
OUDE DAG
HAD GRAAG DE KROON OP UW SCHEPPING GEWEEST
Frans Budé (1945)
HELLEVUUR
HET VERWONDE HOOFD VAN GUILLAUME APOLLINAIRE
DE SCHERVEN IN HET BEEN VAN ERNEST HEMINGWAY
DE AFGEHAKTE ARM VAN BLAISE CENDRARS
DE LAATSTE SECONDEN VAN ALAIN FOURNIER
DE DOOD VAN WILFRED OWEN OP 4 NOVEMBER 1918
Anne Büdgen (1979)
DE ZOMER VERTREKT UIT DE BOOM
JE VOND MIJN FOTO NIET MOOI
BINNEN DE OMSTANDIGHEDEN
HET SNEEUWT
WAAR HET INTUSSEN VREDE IS
NAAKT IN MIJN NAAKTE ARMEN
LIEFDE HEEFT
Geert Buelens (1971)
“MEMORIALEN”
Hendrik Carette (1946)
TOEN HITLER EEN HUPPELTJE MAAKTE
Emma Crebolder (1942)
AFTOCHT 1.2.3
Marleen de Crée (1941)
HET NULUUR
WREDE STILTE
S.O.S
VLUCHT
LE NON-RETOUR
TE VEEL
Yannick Dangre (1987)
DIE HARD
Ellen Deckwitz (1982)
1916 PERONNE
1944 WARCHAU
1948 SIBOGA
2011 AMSTERDAM
1995 SREBRENICA
Jozef Deleu (1937)
KERKRUÏNE 1.2.3
Paul Demets (1966)
HOMO SACER
DUMA,DAMASCUS
WESTGATE, NAIROBI
GEBROEDERS VAN RAEMDONCK, STEENSTRATE
Frans Deschoemaeker (1954)
DE BENADERING VAN VERDUN
Yerna Van den Driessche (1949)
DE MAASVALLEI 1914. DE OUDE VISSER
NIEMANDSLAND 1915 . DE JONGE SOLDAAT
PAJOTTENLAND 1915 . DE FOORREIZIGER
BRUSSEL . 1915. HELDIN VAN HET VERZET
DE WERELD 2014 . VREDE
Charles Ducal (1952)
ZOVEEL STUK TE MAKEN
RECRUTEN 1914
DE ILIAS
OP HET ERF
HET MEISJE MET DE HALVE VADER
IEPER 2014
Serge van Duijnhoven (1970)
LAST POST, LOST PAST I.II.III.IV.V.VI.VII
Anna Enquist (1945)
MANNEN, VROUWEN
REISGOED
IN DE TUIN
Annemarie Estor (1973)
VIJF LEEUWEN VERGETEN I.II.III.IV.V
Edwin Fagel (1973)
OVER AFSTANDEN
Lies Van Gasse ( 1983)
BRANDGRENS
Johanna Geels (1968)
MIJN VADERS OORLOG I.II.III.IV
Jan Geerts (1972)
SOLDATENBRIEVEN
Hélène Gelèns (1967)
APRIL IN NEW YORK
Piet Gerbrandy (1958)
VIJF ACHTERGOEDEGEVECHTEN 1.2.3.4.5
Eva Gerlach (1948)
GEEN DING 1.2.3
Annemieke Gerrist (1980)
TOESPRAAK VOOR DE DOOD
TOESPRAAK VOOR POSTUUM
Peter Ghyssaert (1966)
WALS VAN DE GEBROKEN VINGERTJES
DEFINIËREN WE OORLOG
BLIND IN 1914
EEN MAN VAN HONDERD
RETHYMNON
Ruben van Gogh (1967)
INTUSSEN I.II.III
Jo Govaerts (1972)
HITLER BIJ MADAME TUSSAUDS
NOOIT MEER OORLOG
ADAGIO IN G MINEUR
Jacob Groot (1947)
HOE ZOU JIJ ANTWOORDEN? 1.2.3.4
Luuk Gruwez (1953)
FUGITIEF
JEAN PETITJEAN 1.10A68B
SOORTEN LIGGEN
DE EINDELOZE
BALLADE VAN DE BOM
Stefan Hertmans (1951)
TERVAETE
I.DE VLUCHT
II. DE OOGST
HET VLOT
HET WAD
Ingmar Heytze (1970)
CHAIRBORNE RANGERS I.II.III
Rozalie Hirs (1965)
IN TOESTAND VAN (OORLOG)
Lucas Hirsch (1975)
GELEDEN FAMILIEVERLEDEN 1.2.3.4
Peter Holvoet-Hanssen (1960)
TWEE VERGETEN OORLOGSGEDICHTEN
EEN ONDRAAGLIJKE SITUATIE
DE WIND IN DE BERKENBOOM 2
Philip Hoorne (1964)
MISTER MORTUARIUM 1.2.3.4.5
Geert van Istendael (1947)
TUEZ LES TOUS…
GESTORVEN VOOR HET VADERLAND…
IEPER…
GIJ ZULT NIET DODEN…
Sasja Janssen ( 1968)
BLOEDBEEK
Roland Jooris (1936)
INSTALLATIE
WONDE
WAAKVLAM
PUIN
NADIEN
Hilde Keteleer ( 1955)
DAT KUNNEN WIJ NIET WETEN
‘T MOEST NOG EENS OORLOG WORDEN
NOOIT MEER
EENENNEGENTIG
OORLOGSWINTER
BRUIDSPAAR
Hester Knibbe (1946)
WIJ ZIJN
OPNIEUW WONEN 1.2.3.4
Anton Korteweg (1944)
ALLES WORDT MINDER
MEEGROEIEN
MAG IK U OOK EENS WAT VRAGEN?
DE DOOD
OORLOGEN
HANDWERK
Wiel Kusters ( 1947)
GUERRE DE BRAQUE
BRAQUE: TÊTE DE CHEVAL
Liesbeth Lagemaat (1962)
SOLDATENVROUW
VERDWENEN LIED
ONUITGESPROKEN LIED
VERBORGEN LIED
REPETEREND LIED
VERZWEGEN LIED
Astrid Lampe (1955)
HET WORDT TIJD DACHT JE NIET…
HAD JE NOG HERSENS…
TESTOSTERONFEEST NA TESTOSTERONFEET
Tom Lanoye (1958)
STILLEVEN ZONDER SCHAAL
SLAPSTICK 1.2
WAT WIL JIJ LATER WORDEN ALS JE DOOD BENT 1.2
IDOLATRIE 1.2
REBELLIE
Ruth Lasters (1979)
OORLOG
Jan Lauwereyns (1969)
SCHOENMAKERSTUIN
Delphine Lecompte (1978)
ALS TOERIST MOORDENAAR SPELEN, EN OMGEKEERD
TOEN GOD NOG GEEN HOED DROEG KON HIJ BETER TROOSTEN
DE SNEEUW HEEFT GEEN BOODSCHAP AAN ONS BLOEDBAD
Herman Leenders (1960)
ZO ONBETAMELIJK STIL
GEDICHT OP KRUKKEN
POSTUUM
TUMULUS
Myrte Leffring (1973)
BRIEF UIT DE TREIN GEWORPEN
Peter van Lier ( 1960)
FORT EUROPA
HOEDJE OP
NIETS LEIDT
WAT DRUKT
OP HET SCHERPST
WELKE
Tomas Lieske (1943)
DE MODDER IS ALS EEN MOEDER
ASPIRANT-HERDER VAN EEN KUDDE VLEERMUIZEN
ONDERGRONDSE STEDEN
DE RODE AARDE
Erik Lindner (1968)
ACEDIA
Gwy Mandelinck (1937)
KINDSOLDATEN 1.2
LOTGENOTEN
Peter Mangel Schots (1972)
ACHTERHOEDES
TUSSEN DE DISTELS
BERLIJN, HOLOCAUST-MAHNMAL
VLUCHTEN KON NOG
MIJN EERSTE OORLOG
Sylvie Marie (1984)
IEDEREEN IN NIEMANDSLAND
SOLDATEN
BURGERS
JOURNALISTEN
EEN STRIJDER IN HET WESTEN
DICTATORS
Lieke Marsman (1990)
ZWART
K. Michel (1958)
GOODBYE TO ALL THAT 1.2
Thomas Möhlmann (1975)
PAARDEN 1.2.3
Erwin Mortier (1965)
VERZEN VOOR POPERINGE
LIJSSENTHOEK-TRIPTIEK 1.2.3
LICHT GRAUW LICHT
TALBOT HOUSE – DIPTIEK I.II
Martijn den Ouden (1983)
DE WOEST HESE LOONWERKER ZINGT
EERST WAS ER HET HUIS
MARIEKE SMIJT EEN GAT…
Hagar Peeters (1972)
HET STELLEN VAN GRENZEN TEGENOVER DE VEELEISENDEN
ZIJ VANGT DE KOGELS MET HAAR BORSTEN OP…
OP DE ZWARTE VLAKTE VAN HET VERSTAND…
Reine De Pelseneer (1982)
ODYSSEUS ‘OORLOG
I.HET VERTREK
II.HET SLAGVELD
III. De ZEGE
Ester Naomi Perquin ( 1980)
AAN WEERSKANTEN WIST NIEMAND IETS
Sebastiene Postma (1957)
TRAP IX
TRAP XIII
TRAP XIX
Xavier Roelens (1976)
ALTIJD. EERSTE RUÏNEUZE AANZETTEN
Filip Rogiers (1966)
BESTAND 1.2
Alfred Schaffer (1973)
KAN IEMAND MIJ HOREN. OVER
Victor Schiferli (1967)
DROMEN VAN FALLUJA
Albertina Soepboer (1969)
REGENRAUW 1.2.3
Erik Solvanger (1976)
DE WET VAN BEHOUD VAN… I.II.III.IV.V
Erik Spinoy ( 1960)
ACHT NIEUWE WEETJES
RESPONSORIA
DRIEMAAL WOORDWAARDE
NEUSJES VAN DE ZALM
GERONNEN
F. Starik (1958)
STERVEN OP ZEE I.II
Bart Stouten (1956)
DAMASCUS LIVE
TERUG NAAR DE ELOQUENTE HERINNERING
GEEN WOORD MEER
Bart Van der Straeten (1979)
DRIE OORLOGEN 1.2.3
Peter Swanborn (1963)
AUTOCHROOM 1.2.3
Peter Theunynck (1960)
SAILLANTE DETAILS
I. IEPERBOOG
II. YPERIET
III. KITCHENERS ARMY
IV. KANONNENVLEES
V. STANLEY HEADING MACHINE COMPANY
VI. BOSSEN(1914-1918)
VII. THE MOTOR CYCLE
VIII. COMING HOME
Willem Thies (1973)
DE EINDSTREEP, DE ZEE 1.2.3.4
Mark van Tongele (1956)
OVERLEVINGSKUNST
Florence Tonk (1970)
OFFER
ONGEMAK
Marc Tritsmans (1959)
BOMMEN EN GRANATEN
AUGUSTUS 1942
5 APRIL 1943
16 DECEMBER 1944
AUGUSTUS 1945
VIRTUEEL VOORSTEL I.II
David Troch ( 1977)
EEN NACHT NAVERTELD
Michaël Vandebril (1972)
DE ZOUAAF
TOEKOMSTIGE HELDEN
Maud Vanhauwaert (1984)
FALANX
Anne Vegter (1958)
MAAR WIJ WAREN VRIJ…
NIEUWJAAR STAK …
Reinout Verbeke (1981)
OORLOGLOZEN
DESINTEGRATION LOOPS
IN HET MEER DRIJFT EEN VROUW…
Peter Verhelst (1962)
ALS JE OVER HET TERREIN HEEN KEEK…
IK HERINNER ME KOEKUITBLOEMEN…
IK HERINNER ME DE OTTERS…
WE HEBBEN DE ZEE IN HET LAND LATEN STROMEN…
TOEN DE ZON OPKWAM…
IK HERINNER ME HOE MIST…
ZIE JE DE VIJVERS ?
IK HERINNER ME DE SNEEUW
EEN MAN STAAT AAN DE RAND VAN HET WATER…
Arno Van Vlierberghe (1990)
VLAANDEREN I
VLAANDEREN II
VLAANDEREN III
Marjoleine de Vos (1957)
VLUCHTELING
Leo Vroman ( 1915)
DITMAAL NIET
ZATERDAG, 3 AUGUSTUS 2013
WOENSDAG , 21 AUGUSTUS 2013
Henk van der Waal (1960)
LOOPGRAAF
Bernard Wesseling (1978)
ANGRY YOUNG MAN
Wii
WE WANT YOU
Ad Zuiderent (1944)
LIGTHART VRAAGT ZICH AF
LIGTHART NEEMT WAAR
LIGTHART ZIET AF
2014-2
12e jaargang – nummer 2 – oktober 2014 – 181 nieuwe gedichten van 35 dichters
Wesley Albstmeyer
EINDE
KETEN
WAT IS HOE EN WAAROM
UITTOCHT
ZOMERS EN WINTERS
X ZEI
ONBEPAALDHEID
LITTEKENS
Jan de Bas
DE ZIN VAN HET BESTAAN
MYSTERIOUS WAYS
MOND VOL SENSATIE
Claude van de Berge
DE WEERSPIEGELING 1, 2, 3, 4, 5, 6, 7, 8, 9, 10
Sacha Blé
AKOESTISCH OP ZATERDAG 1, 2, 3
Jacobus Bos
VEEL HERINNER IK MIJ NIET
HET ZOETE NIETSDOEN
ONDER DE HORIZON
Fleur Bourgonje
PITTEN SCHIETEN
Anneke Brassinga
ASPECTEN
I.M.ERIK MENKVELD I,II,II,IV
Charlotte Van den Broeck
SISJÖN
BOEKAREST
WASSERETTE DE NETEZON
Maarten Buser
GREPPELS
HELDEN EN SCHURKEN
VOORSTUDIES
PREEKSTOEL
DUIZELINGEN
Vincent Dewerie
DE VRUCHTENPLUKKER
KAARTENSPEL OP SCHAAKMAT
HET DRIELUIK . AANHEF I.II.III
Jonathan Griffioen
SUPERMARKTOORLOG
SLAAPKAMERLUIKEN I.II
MAYHEM & OPHAALBRUGGEN
Luuk Gruwez
MEDEA ZEGT
ABSYRTUS
PELIAS
CREUSA
CREON
MERMEROS EN PHERES I.II
Hubert van Herreweghen
JOS DE HAES
Chris Honingh
VERVOERING
SPEELGOED
MARITIEM SMALDEEL
VERBALISME
PERSPECTIEF
Rinske Kegel
HULPBEHOEVEND
DE TOEKOMST VAN DE RUPS
ZEEWATER IS DROEVIG
PROMPETGESCHAL
TOEN JE AL WEG WAS
DOOI
Jeremy Lanssiers
MOEDER NACHT
DORST
SLAAP
SCHOMMELPAARD
MIJN TIJD
GROTE VIS
DANSEN,DANSEN
Myrte Leffring
DRIJVEN
SCHIPPER
HEEL EVEN
DE BIJEN
Jelmer van Lenteren
SHOWMODEL: HALVE PRIJS, GEEN ENKELE GARANTIE
SAMENLOOP
EEN POES
Nisrine Mbarki
JANUARI
FEBRUARI
MAART
JULI
AUGUSTUS
Roelof ten Napel
MAGNOLIA / WOLF
Elvis Peeters
LUCIFERS 1, 2, 3, 4, 5, 6, 7, 8, 9, 10
René Puthaar
ZO ALS DIT GEHEUGEN
SPRINKHANEN
DRIE GEZICHTEN
DUIKER
HAMLET
DE REGELS VAN HET SPEL
KEREN WE OM EN GAAN WE HET ZOEKEN ?
Robin Ramael
OVERZICHT
OBSERVATIES 1. 2
Marijke Rijneveld
DE DODEN
WATERSNOODRAMP
HET HUIS MIST JE OOK
TWEEDE MOEDER
VLAAMSE REUZEN
Margreet Schouwenaar
STOELEN BLIJVEN
DE KAMER WAAR ZIJ WAS
DE TIJD DOET
STEMMEN
Henry Sepers
ARFEUILLE 1.2.3.4.5.6
Elly Stolwijk
1 (AD PEDES)
2 (AD GENUA)
3 (AD MANUS )
4 (AD LATUS)
5 (AD PECTUS)
6 (AD COR)
7 (AD FACIEM)
Jabik Veenbaas
HET KOFFERTJE VAN OSCAR MOHR
INTERVIEW MET ARVO PÄRT
ZOEKGERAAKTE DAGBOEKPAGINA VAN WITTGENSTEIN
BRIEF AAN EEN JEUGDVRIEND
EEN TANTE WORDT BEGRAVEN
Han van der Vegt
HET ZWARTE EI I. II. III. IV. V. VI. VII
Anne Vegter
O DO NOT LOVE TOO LONG
Ludwien Veranneman
DAT WIJ GEEN DEEL HEBBEN…
ER IS GEEN VOORTGANG IN DE PAARDEN…
WAT ALS WE NIET IN EEN STAD …
Geert Viaene
ONVOORBEREIDE TOETS
THE EYES OF THE PANDA
MORGEN ZIJN WE ER WEER MET MEER WEER
AANEENGEVLOCHTEN VLEUGELS
EEN WAAIER AAN MOGELIJKHEDEN
U MOET VOLDOENDE DRINKEN
ZIJ HOUDT VAN PRIVACY
SERENADE
EVENING RAGA
VAN JE SINGELA SINGELA HOPSASA
Bernard Wesseling
WE TELLEN AF TOT ZIJN INFARCT
Menno Wigman
VLIEGTUIGGEDACHTEN
TOEN IK BEGON TE SCHRIJVEN
OPNAME
DE MAN DIE UIT EEN VULVA VIEL
ONEINDIG WAKKER
LIEFDE
Willem van Zadelhoff
CHOPIN IN DE ASPERGEVELDEN 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7